Fietsenstalling Stationsplein Maastricht officieel geopend

Opening Fietsenstalling Maastricht 1
Opening Fietsenstalling Maastricht 8
Opening Fietsenstalling Maastricht 9
Opening Fietsenstalling Maastricht 2
Opening Fietsenstalling Maastricht 3
Opening Fietsenstalling Maastricht 4
Opening Fietsenstalling Maastricht 5
Opening Fietsenstalling Maastricht 10
Opening Fietsenstalling Maastricht 6
Opening Fietsenstalling Maastricht 7
Opening Fietsenstalling Maastricht 11
Opening Fietsenstalling Maastricht 12
Opening Fietsenstalling Maastricht 13
2 februari 2018

Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat Stientje van Veldhoven opende afgelopen maandag officieel de ondergrondse fietsenstalling bij het Station in Maastricht. Samen met de opdrachtgevers ProRail, NS, Provincie Limburg, Maastricht Bereikbaar en de gemeente Maastricht, bouwer TBI Timmermans-Mobilis en een veelkleurige groep fietsers werd de opening van de nieuwe fietsenstalling feestelijk ingeluid. De stalling is dagelijks geopend en biedt plek aan circa 3.000 fietsers, waarvan 100 OV-fietsen, 80 'buitenmodel' fietsen en 40 bromfietsen / scooters. Fietsers kunnen makkelijk, droog, veilig en de eerste 24 uur gratis hun fiets stallen.
Staatssecretaris Stientje Van Veldhoven: ‘Je fiets wil nooit meer anders, maar de reiziger ook niet! Als je op het laatste moment aankomt, zie je in deze slimme stalling meteen of en waar er plaats is. Ook als je op een moederfiets of een e-bike komt. Dit soort stallingen zijn belangrijk, want die maken het aantrekkelijk om te kiezen voor fiets en OV. Dat scheelt files, luchtvervuiling en is goed voor je gezondheid. Mooi dat alle partijen dit samen mogelijk hebben gemaakt. Ik hoop dat we die samenwerking op veel plaatsen kunnen herhalen.’
De realisatie van de ondergrondse stalling zorgt voor een enorme kwaliteitsimpuls van het Stationsplein en de Percée; hiermee ontstaat de kans een aantrekkelijk Stationsplein te realiseren zonder fietsen en met meer ruimte voor verblijven.
Begin 2015 kreeg MTD landschapsarchitecten opdracht tot het opstellen van een Inrichtingsplan voor het Stationsplein en een Ontwerp voor de entrees en het interieur van de fietsenkelder. Eén en ander is in samenwerking met Thomas Kemme architecten uitgewerkt tot een technisch ontwerp. Het bureau verzorgde tijdens de bouw tevens het esthetisch en technisch toezicht bij de uitvoering.
Tegelijk met de realisatie van de fietsenkelder, kreeg ook het Stationsplein haar voorlopige inrichting. Het is de bedoeling dat, nadat er een finaal besluit is genomen met betrekking tot het busstation en de inrichting van de Percée, de definitieve inrichting gerealiseerd wordt.
Tijdens het planproces voor het opstellen van het Inrichtingsplan voor het Stationsplein en een Ontwerp voor de entrees en het interieur van de fietsenkelder is intensief gecommuniceerd met de werkgroep kwaliteitsimpuls Wijck, de Welstand van de gemeente Maastricht, Bureau Spoorbouwmeester en de stakeholders PROrail en NS.

Hoofddoel van het Inrichtingsplan openbare ruimte is een aangenaam plein te creëren, dat als visitekaartje kan fungeren voor de stad en de route van het Station naar de binnenstad en vice versa aangenamer, herkenbaarder en veiliger kan maken. Hierbij is het de ambitie om de entrees en lichtvide naar de ondergrondse fietsenkelder maximaal in te passen in het plein.
De hoofdentree naar de fietsenkelder is gesitueerd in de middenberm van de Percée en wordt opgevat als een kop voor deze middenberm. De middenberm krijgt hierbij weer haar oorspronkelijke betekenis voor flaneren en verblijven onder een bladerdak van bomen en krijgt een nieuwe beëindiging middels de hoofdentree en overkapping naar de fietsenkelder. Hierbij worden de bomen in de middenberm behouden en aangevuld. De hoofdentree naar de ondergrondse fiets- en scooterstalling wordt gerealiseerd in de vorm van een tapis roulant met overkapping. De circa 1.0 meter hoge borstwering is robuust vormgegeven in belgisch hardsteen. Dit materiaal loopt door in de wanden aan de binnenzijde van de coupure voor de tapis roulants. De overkapping krijgt vorm middels een achttal stalen circa 5.5 meter hoge kolommen, die wat betreft hoofdvorm refereren aan de kolommen van de kapconstructie op de perrons van het station. Zij dragen een stalen kap met in het midden een opening, welke afgedekt wordt met een iets convexe glasplaat. In de glasplaat is een grid van fotocellen voorzien. Een tweede entree naar de ondergrondse fiets- en scooterstalling is voorzien op het Stationsplein. Zij is gesitueerd net terzijde van en in de hoofdrichting van de hoofdentree van het stationsgebouw. Deze entree bestaat voornamelijk uit een circa 1.0 meter hoge natuurstenen borstwering en een natuurstenen trap.
Tweede inzet van het Inrichtingsplan is het Stationsplein te vergroten in westelijke en noordelijke richting; tot het zich weer, net als in de oorspronkelijke situatie, uitstrekt over de volle breedte van het stationsgebouw. Hierbij wordt, net als in de oorspronkelijke situatie, een trappartij geïntroduceerd voor de hoofdentree, zodat het stationsgebouw weer steviger wordt verankerd met het plein. Het is de intentie dat alle drie de deuren van de hoofdentree weer open gaan en dienst doen als entree. Rond de trappartij wordt in de vloer van het plein een plateau uitgesproken.
Plein en Percée worden gematerialiseerd in gezaagde lichtgrijze natuurstenen keien in een segmentverband; het plateau en de trappartij in (gebrande) Belgisch hardstenen tegels.
Als belangrijke elementen op het plein, wordt een eigentijdse versie van de lichtmasten, die hier oorspronkelijk stonden, terug gebracht. De 11 meter hoge stalen masten worden voorgesteld aan weerszijden van de hoofdentree; min of meer op de plek waar zij oorspronkelijk stonden.